Diaconos est un blog catholique, créé le mercredi 23 janvier 2008, par Michel Houyoux, diacre et ancien professeur au Collège saint Stanislas à Mons (Belgique),
De Geest der waarheid zal u in alle waarheid leiden
# Pinksteren is een christelijk feest dat de uitstorting viert van de Heilige Geest, een geschenk van Jezus, en de geboorte van de Kerk. Het valt op de vijftigste dag na Pasen (vandaar de naam), op een zondag, dat wil zeggen aan het eind van de zevende week na Pasen, en is dus een verplaatsbaar feest, afhankelijk van de datum van Pasen. Het viert eerst het begin van de oogst en vervolgens, in een tweede fase, het geven van de wet. Pinksteren is ook de oude Griekse naam voor het Joodse feest Sjavoeot, dat een feest van dankzegging is.
In het Jodendom is Sjavoeot, of het Wekenfeest, dat in het Oudgrieks Πεντηκοστή (Pinksteren) wordt genoemd, een van de drie feesten, die Sjalosj regaliem (drie bedevaarten) worden genoemd, waarmee de feesten van i bedevaart – naar Jeruzalem – worden aangeduid. De zeven weken komen overeen met de periode van de Omer, een periode van rouw ter herinnering aan de tegenslagen van het volk Israël, die eindigt met het feest van Lag Ba Omer, en Sjavoeot wordt verondersteld een vreugdevolle viering te zijn van het geven van de Tora.
Uit het evangelie van Jezus Christus volgens de heilige Johannes
In die tijd zei Jezus tegen zijn discipelen: Wanneer de Voorspraak komt, die Ik van de Vader tot u zenden zal, zal Hij, de Geest der waarheid, die van de Vader komt, voor Mij getuigen. En ook jullie zullen getuigen zijn, want jullie zijn vanaf het begin bij mij geweest. Ik heb u nog vele dingen te zeggen, maar gij kunt ze nu niet verdragen. Wanneer hij komt, de Geest der waarheid, zal hij u in alle waarheid leiden. Want wat hij zegt, komt niet uit hemzelf, maar wat hij hoort, zal hij zeggen; en wat er gebeurt, zal hij u bekendmaken.
Hij zal Mij verheerlijken, want wat van Mij is, zal Hij ontvangen en aan u bekendmaken. Alles wat de Vader heeft, is van Mij; daarom heb Ik tot u gezegd: « De Geest ontvangt wat van Mij komt en maakt het u bekend. (Joh 15:26-27; 16:12-15)
Hij zal jullie alles doen begrijpen wat Ik tot jullie gezegd heb !
Hij zal u alles doen begrijpen wat Ik tot u gezegd heb ! « Indien iemand Mij liefheeft, die zal mijn woord bewaren, en mijn Vader zal hem liefhebben, en wij zullen tot Hem komen en bij Hem blijven. « Wie Mij niet liefheeft, zal mijn woorden niet bewaren » (Joh 14,23-24a). Dit is de enige manifestatie waartoe God besloten heeft: hij komt wonen in de harten van hen die hem verwelkomen en in hem geloven. Hij zal alleen als werkelijk aanwezig worden herkend door hen die Hem werkelijk liefhebben !
» Indien iemand mij liefheeft, zullen wij tot hem komen »: Christus bevestigt dat hij nu aanwezig is door hen die hem liefhebben, door ware gelovigen, in wie hij leeft. Tussen mensen die elkaar liefhebben, is er een luisteren, een dialoog, een spreken, een communiceren. « Het woord dat gij hoort is niet het mijne, maar dat van de Vader die Mij gezonden heeft » (Joh 14, 24b)
Hier openbaart Jezus ons een van de grondslagen van het ware christelijke leven: de meditatie van het Woord als sacrament van Gods aanwezigheid. In deze afscheidsrede, op de avond van Witte Donderdag, spreekt Jezus over een woord dat men trouw is, een woord dat men leeft, dat wil zeggen, een woord dat men in praktijk brengt. Het Woord van Jezus is niet iets, het is iemand: sinds Jezus weg is, is er een ander die hem komt vervangen, gezonden door de Vader in Jezus’ naam: het is de heilige Geest.
De heilige Geest voegt niets toe aan Jezus, zoals Jezus niets toevoegt aan de Vader: zij zijn drie die één zijn! De Heilige Geest is degene die al het leven van God meedeelt aan de mensheid. Het is de Heilige Geest die de Kerk zal helpen om geleidelijk het geschenk van God, geopenbaard in Jezus Christus, te begrijpen. En ook vandaag is de heilige Geest aan het werk : « Ik ben altijd bij u », zei Jezus.
De Kerk heeft nog veel te begrijpen, te ontdekken en te beleven, en dat geldt des te meer voor ieder van ons. Het is belangrijk te begrijpen dat het Pinksterfeest (eerste lezing) niet alleen voor de apostelen was: de sterke wind werd ook gevoeld door een schare mannen en vrouwen in Jeruzalem: ieder hoorde de wonderen van God verkondigd worden in zijn eigen taal. (Handelingen 2, 5-11)
Wil een mens in het woord van een ander het Woord van God herkennen, dan moet er de werking van de Heilige Geest zijn. « Het is dezelfde heilige Geest die in onze geest bevestigt dat wij kinderen van God zijn » (2e lezing) (Rom 8,16).
Het Pinksterfeest is niet alleen het feest van de geboorte van de Kerk door de krachten die aan de apostelen werden gegeven, maar het is ook het feest van de vernieuwing van de wereld door de werking van de heilige Geest die geleidelijk heel de mensheid tot het inzicht brengt in Jezus’ boodschap : « De heilige Geest, die de Vader in mijn naam zal zenden, zal u alles leren en u herinneren aan alles wat ik u gezegd heb » (Joh. 14, 26) Laten wij bidden tot de heilige Geest om ons te leren het Evangelie vandaag te verstaan en te leven.
Diaken Michel Houyoux
Links naar andere christelijke websites
◊ Kerk un Herent : klik hier om her artikel te lesen → pinksteren (B)
◊ Dionysiusparochie : klik hier om her artikel te lesen → Pinksteren, jaar B
♥ Ann Staelens : « Een actuele boodschap van priester Philippe »
# La Règle d’or est une éthique de réciprocité dont le principe fondamental est énoncé dans presque toutes les grandes religions et cultures : »Ne fais pas aux autres ce que tu ne voudrais pas qu’on te fasse ». Cette forme de morale universelle se retrouve dans les préceptes philosophiques de l’Égypte antique et de l’Antiquité grecque que dans les religions orientales (hindouisme, bouddhisme, taoïsme, confucianisme…), proche-orientales ou occidentales (judaïsme, christianisme, islam) ou encore dans l’humanisme athée.
La formulation la plus répandue de la Règle d’or en Occident est « Tu aimeras ton prochain comme toi-même », commandement de la Torah ou Ancien Testament exprimé dans le Lévitique (Lv 19,18), développé à l’époque de Jésus de Nazareth par le rabbin Hillel, et que Jésus cite (Mt 22 37-40 ) comme étant l’essence des six commandements du Décalogue qui se rapportent aux relations humaines (Ex 20 12-17 [archive]). Cette règle constitue une source d’inspiration essentielle pour l’approfondissement du concept moderne des droits de l’homme. La Règle d’or fut reprise par Jésus en répondant par la parabole du Bon Samaritain . Elle fut complétée par le principe de non-agression : « Si quelqu’un te frappe sur la joue droite, tends-lui la joue gauche »
De l’Évangile de Jésus Christ selon saint Jean
11 Désormais, je ne suis plus dans le monde ; eux, ils sont dans le monde, et moi, je viens vers toi. Père saint, garde-les unis dans ton nom, le nom que tu m’as donné, pour qu’ils soient un, comme nous-mêmes. 12 Quand j’étais avec eux, je les gardais unis dans ton nom, le nom que tu m’as donné. J’ai veillé sur eux, et aucun ne s’est perdu, sauf celui qui s’en va à sa perte de sorte que l’Écriture soit accomplie.
13 Et maintenant que je viens à toi, je parle ainsi, dans le monde, pour qu’ils aient en eux ma joie, et qu’ils en soient comblés. 14 Moi, je leur ai donné ta parole, et le monde les a pris en haine parce qu’ils n’appartiennent pas au monde, de même que moi je n’appartiens pas au monde. 15 Je ne prie pas pour que tu les retires du monde, mais pour que tu les gardes du Mauvais. 16 Ils n’appartiennent pas au monde, de même que moi, je n’appartiens pas au monde.
17 Sanctifie-les dans la vérité : ta parole est vérité. 18 De même que tu m’as envoyé dans le monde, moi aussi, je les ai envoyés dans le monde. 19 Et pour eux je me sanctifie moi-même, afin qu’ils soient, eux aussi, sanctifiés dans la vérité. (Jn 17, 11-19)
Père, garde mes disciples et conduis-les à l’éternelle unité du Père et du Fils !
« Garde-les et conduis-les à l’éternelle unité du Père et du Fils ! » Tel fut l’objet de la prière que Jésus prononça pour les disciples. Avant de demander cette grâce, Jésus exprima le besoin qu’ils en eurent, parce qu’il les quittera et les laissera sans lui dans ce monde ennemi de Dieu et de son règne, où ils rencontrèrent de nouveaux dangers. Jésus ne fut plus avec eux, dans le monde pour les garder, et il ne fut pas encore auprès de Dieu, pour pouvoir les protéger du sein de sa gloire céleste.
Il y eut là un intervalle douloureux, durant lequel son Père se chargea de ce soin. (Godet) Père saint, dit Jésus avec le sentiment profond que la sainteté de Dieu, son éternelle vérité, son immuable amour est l’opposé absolu du mensonge et de là corruption qui règnent dans le monde, et dont Dieu préservera les siens en les rendant participants de cette sainteté par son Esprit. Garde-les en ton nom : ce nom est l’expression de toutes les perfections que Dieu déploiera en leur faveur pour les préserver du mal. Sa fidélité est engagée à les garder jusqu’à la fin.
Eux que tu m’as donnés : avec quel amour Jésus les désigna ainsi, pour la seconde fois ! Le but suprême de cette supplication fut que tous les disciples de Jésus, soient amenés à cette unité sainte de la vie divine et de l’amour, qui est celle du Père et du Fils. Le péché a divisé les hommes en les séparant de Dieu, leur centre et leur lien ; l’œuvre et la gloire de la rédemption opérée par Jésus-Christ c’est d’élever notre humanité jusqu’à l’unité que le Fils possède avec son Père.
Jésus nous y introduit en nous communiquant l’Esprit d’amour qui l’unit au Père, et c’est dans ce sens profond que la connaissance du Père et du Fils est la vie éternelle. Bengel fit, entre l’unité du Père et du Fils et celle à laquelle nous sommes destinés, cette distinction très juste : « Celle-là est une unité d’essence : celle-ci une unité par la grâce ; ainsi la seconde est semblable, mais non égale à la première ».
Un regard en arrière réveilla en Jésus la conscience d’avoir fidèlement gardé les siens jusqu’à ce moment suprême où il les recommanda à Dieu. Cette parole qu’il prononça : « Aucun d’eux n’a péri, lui rappelle une douloureuse exception, celle de Judas, qu’il évita de nommer, mais qu’il désigna de manière à montrer que sa responsabilité à cet égard fut couverte par une autorité souveraine, celle de l’Écriture qui dut être accomplie.
Si la trahison de Judas fut l’objet d’une prévision divine, cela ne voulut pas dire que ce crime ne fût pas l’acte libre de sa volonté et qu’il n’en dut pas porter toute la responsabilité. Le mal une fois vivant dans son cœur, Dieu en dirigea les effets de manière que, selon son insondable sagesse, il en résulta le salut du monde. Rien ne prouva mieux la liberté et la responsabilité de Judas que les nombreux avertissements que Jésus lui adressa jusqu’au dernier moment, afin de le ramener de son égarement et de le sauver.
Si Judas les avait entendus, et se fût repenti, même après son crime, il en aurait obtenu le pardon. La parole divine que Jésus donna à ses disciples les sépara du monde et de la corruption qui y règne, le monde les eut pris en haine, de là le besoin pressant qu’ils eurent d’être gardés préservés du mal ; de là aussi l’insistance de la prière de Jésus. Pour la seconde fois , Jésus présenta à Dieu cette considération qu’ils ne fussent pas du monde, comme motif de la grâce qu’il demanda.
Avec quel amour et quelle condescendance Jésus égala ses disciples à lui-même comme n’étant pas du monde ! Sa charité couvrit ce qui resta encore du monde en eux ; il le vit d’avance anéanti par la parole qu’il leur donna. Il ne regarda qu’aux dons de sa grâce et oublia ce qui, en eux, y fut encore opposé.Beaucoup d’exégètes, pour expliquer ce mot : sanctifier, remontèrent à la signification qu’il a dans l’Ancien Testament : mettre à part de tout usage profane, consacrer entièrement à Dieu et à son service ; et ils appliquèrent ce mot à leur vocation.
# Pentecost is a Christian feast that celebrates the outpouring of the Holy Spirit, a gift from Jesus, and the birth of the Church. It falls on the fiftieth day from Easter inclusive (hence the name), on a Sunday, that is, at the end of the seventh week after Easter, and is therefore a movable feast, depending on the date of Easter. It celebrates first the beginning of the harvest and then, in a second phase, the giving of the law. Pentecost is also the ancient Greek name for the Jewish festival of Shavuot, which is a festival of thanksgiving.
In Judaism, Shavuot, or the Feast of Weeks, called in ancient Greek Πεντηκοστή (Pentecost), is one of three feasts, called Shalosh regalim (three pilgrimages), denoting the feasts of i pilgrimage – to Jerusalem. The seven weeks correspond to the period of the Omer, a period of mourning in memory of the misfortunes of the people of Israel, which ends with the festival of Lag Ba Omer, and Shavuot is supposed to be a joyful celebration of the giving of the Torah.
From the Gospel of Jesus Christ according to Saint John
At that time Jesus said to his disciples: When the Advocate comes, whom I shall send to you from the Father, he, the Spirit of truth, who comes from the Father, will testify on my behalf. And you also will be witnesses, for you have been with me from the beginning.
I still have many things to say to you, but you cannot bear them now. When he comes, the Spirit of truth, he will lead you into all truth. For what he says will not come from himself, but what he hears he will say; and whatever happens he will make known to you.
He will glorify me, for he will receive what is from me and make it known to you. All that the Father has is mine; therefore I said to you, ‘The Spirit receives what comes from me and makes it known to you. (Jn 15:26-27; 16:12-15)
He will make you understand all that I have said to you!
He will make you understand everything I have said to you! « If anyone loves me, he will keep my word, and my Father will love him, and we will come to him and stay with him. « He who does not love me will not keep my words » (Jn 14:23-24a). This is the only manifestation that God has decided to make: he comes to live in the hearts of those who welcome him and believe in him. He will only be recognised as truly present by those who truly love him!
« If anyone loves me, we will come to him »: Christ affirms that he is now present through those who love him, through true believers, in whom he lives. Between people who love each other, there is listening, dialogue, speech, communication. « The word you hear is not mine, but that of the Father who sent me » (Jn 14:24b). (Jn 14:24b)
Here Jesus reveals to us one of the foundations of the true Christian life: the meditation of the Word as a sacrament of God’s presence. In this farewell discourse, on the evening of Holy Thursday, Jesus speaks of a word that one is faithful to, a word that one lives, that is, a word that one puts into practice. The Word of Jesus is not a thing, it is someone: since Jesus left, there is another who comes to replace him, sent by the Father in Jesus’ name: it is the Holy Spirit.
The Holy Spirit adds nothing to Jesus, just as Jesus adds nothing to the Father: they are three who are one! The Holy Spirit is the one who communicates all the life of God to humanity. It is the Holy Spirit who will help the Church to understand progressively the gift of God, revealed in Jesus Christ. And even today, the Holy Spirit is at work: « I am with you always, » said Jesus.
The Church still has much to understand, to discover and to live, and this is even more true for each of us. It is important to understand that the feast of Pentecost (first reading) was not only for the apostles: the strong wind was also felt by a multitude of men and women in Jerusalem: each one heard the wonders of God proclaimed in his own language. (Acts 2:5-11)
For a person to recognise in the word of another the Word of God, there must be the action of the Holy Spirit. « It is the same Holy Spirit who affirms in our spirit that we are children of God » (2nd Reading) (Rom 8:16).
The feast of Pentecost is not only the feast of the birth of the Church through the powers given to the apostles, but it is also the feast of the renewal of the world through the action of the Holy Spirit who gradually brings all humanity to the understanding of Jesus’ message: « The Holy Spirit, whom the Father will send in my name, will teach you all things and remind you of all that I have said to you » (John 14:26). « (Jn 14:26) Let us pray to the Holy Spirit to teach us to understand and live the Gospel today.
# On appelle Prière sacerdotale la prière que Jésus fait à son Père à la fin du ‘Discours d’adieux’ qui suit le lavement des pieds. Elle occupe tout le chapitre 17e de l’évangile de saint Jean. Y assumant implicitement le rôle de Grand-prêtre (sans que le mot soit employé) Jésus, à l’approche de sa mort (Passion), se perçoit mystiquement tout à la fois comme ‘prêtre et offrande à Dieu’, dans le sacrifice ultime de sa vie pour la Rédemption du monde.
Les Pères de l’Église, tel Cyrille d’Alexandrie (Ve siècle), soulignaient déjà le caractère sacerdotal du chapitre 17 de l’évangile de Jean. Le théologien du Moyen Âge, Rupert de Deutz (†1129) est explicite lorsqu’il parle de Jésus comme ‘prêtre propitiatoire’ autant que ’offrande de propitiation’. C’est cependant le théologien luthérienDavid Chytraeus (1530-1600) qui parle de chapitre comme étant la ‘Prière sacerdotale’ de Jésus. Il est repris depuis par tous les exégètes et théologiens. Lors de la fête de l’Expiation le Grand prêtre d’Israël suivait un rituel défini tel qu’on le trouve fixé dans le Lévitique, un des cinq premiers livres de la Bible Les sacrifices expiatoires d’animaux furent offerts pour le Grand Prêtre lui-même, puis pour la classe sacerdotale et enfin pour le peuple d’Israël. Jésus reprend le même schéma.
De l’Évangile selon Jean
01 Ainsi parla Jésus. Puis il leva les yeux au ciel et dit : « Père, l’heure est venue. Glorifie ton Fils afin que le Fils te glorifie. 02 Ainsi, comme tu lui as donné pouvoir sur tout être de chair, il donnera la vie éternelle à tous ceux que tu lui as donnés. 03 Or, la vie éternelle, c’est qu’ils te connaissent, toi le seul vrai Dieu, et celui que tu as envoyé, Jésus Christ. 04 Moi, je t’ai glorifié sur la terre en accomplissant l’œuvre que tu m’avais donnée à faire.
05 Et maintenant, glorifie-moi auprès de toi, Père, de la gloire que j’avais auprès de toi avant que le monde existe. 06 J’ai manifesté ton nom aux hommes que tu as pris dans le monde pour me les donner. Ils étaient à toi, tu me les as donnés, et ils ont gardé ta parole. 07 Maintenant, ils ont reconnu que tout ce que tu m’as donné vient de toi, 08 car je leur ai donné les paroles que tu m’avais données : ils les ont reçues, ils ont vraiment reconnu que je suis sorti de toi, et ils ont cru que tu m’as envoyé.
09 Moi, je prie pour eux ; ce n’est pas pour le monde que je prie, mais pour ceux que tu m’as donnés, car ils sont à toi. 10 Tout ce qui est à moi est à toi, et ce qui est à toi est à moi ; et je suis glorifié en eux. 11 Désormais, je ne suis plus dans le monde ; eux, ils sont dans le monde, et moi, je viens vers toi. Père saint, garde-les unis dans ton nom, le nom que tu m’as donné, pour qu’ils soient un, comme nous-mêmes. (Jn 17, 1-11a)
La prière sacerdotale de Jésus-Christ
Jésus a achevé les discours qui devaient préparer les disciples à son départ à sa glorification, à une communion invisible et spirituelle avec lui, il les a terminés par ce mot triomphant : « J’ai vaincu le monde ! » (Jn 16. 33). Levant lesyeux au ciel, Jésus s’adressa à son Père et il pria. Il Pria à haute voix, au milieu de ses disciples, et quelle prière ! Prière ardente, et pourtant sereine, dans laquelle, comme le dit Luther : « Jésus répand en présence de Dieu et de ses disciples le dernier fond de son âme ».
Il n’y a, ni dans l’Écriture, ni dans les littératures des peuples, rien qui égale la simplicité et la profondeur, la grandeur et l’intimité de cette prière. (Luthardt)
Quelle impression ne dut-elle pas laisser dans le cœur des disciples ! Il ne fut pas étonnant qu’elle resta gravée dans l’âme de Jean et qu’il put nous la conserver fidèlement. Tout dans cette inimitable prière, fut en parfaite harmonie avec la situation et avec les besoins de l’âme de Jésus et de ses disciples. On l’appela Prière sacerdotale, parce qu’en la prononçant Jésus fit acte de souverain sacrificateur : il s’offrit à Dieu comme une oblation sainte et il préluda à ce sacrifice en intercédant pour ses disciples et pour toute son Église.
Père, dit Jésus, il le prononça six fois, avec amour, dans cette prière. Ses disciples apprirent de lui à considérer Dieu comme un Père, car, quoique Dieu fût son Père dans un sens unique et exclusif, il les autorisa à invoquer Dieu comme lui le fit., parce que, rachetés par lui, ils reçurent l’adoption et devinrent des enfants de Dieu : « Et vous n’avez pas reçu un esprit d’esclavage pour être encore dans la crainte, mais vous avez reçu un Esprit d’adoption, par lequel nous crions : Abba ! Père ! » (Rm 8, 15)
L’heure vint, l’heure de la mort, qui fut, par la suite, suivie de la gloire. Tant que cette heure marquée par la volonté souveraine de Dieu n’était pas venue, les adversaires étaient impuissants à rien entreprendre contre Jésus ; mais il se livra volontairement à eux. La première chose que demanda Jésus, fut sa glorification. Ce qu’il entendit par là, il le précisa : sa réintégration dans la gloire éternelle.
Jésus glorifia Dieu dans toute sa vie. Ce ne fut qu’après être rentré dans la plénitude de sa puissance divine qu’il en manifestant les attributs divins de la toute-puissance et de la toute présence pour achever son œuvre par l’envoi du Saint Esprit et par l’établissement de son règne dans le monde. L’intention miséricordieuse de Dieu, en conférant à Jésus ce pouvoir sur notre humanité, a été qu’il donne la vie éternelle, à tous ceux que le Père lui a donnés.
Ce serait peu de chose, s’il disait simplement : Tout ce qui est à moi est à toi ; car cela, chacun peut le dire, mais qu’il affirme l’inverse et dise : Tout ce qui est à toi est à moi, c’est ce qu’aucune créature ne peut prétendre devant Dieu.(Luther)
Les disciples furent dignes des grâces demandées pour eux, non seulement parce qu’ils furent à Jésus comme ils furent à Dieu mais parce que Jésus fut glorifié en eux. Il fut glorifié déjà en ce qu’ils crurent en lui et l’aimèrent ; et il le fut dans le monde par leur témoignage et par toute leur vie.
Garde-les et conduis-les à l’éternelle unité du Père et du Fils ! Tel fut l’objet de la prière que Jésus prononça pour les disciples. Avant de demander cette grâce, Jésus exprima le profond besoin qu’ils en eurent, parce qu’il allait les quitter et les laisser sans lui dans ce monde ennemi de Dieu et de son règne, où ils rencontrèrent à chaque pas de nouveaux dangers.
Jésus n’est plus avec eux, dans le monde pour les garder, et il n’est pas encore auprès de Dieu, pour pouvoir les protéger du sein de sa gloire céleste. Il y a là un intervalle douloureux, durant lequel son Père doit se charger de ce soin. (Godet)
Père saint, dit Jésus avec le sentiment profond que la sainteté de Dieu, son éternelle vérité, son immuable amour est l’opposé absolu du mensonge et de là corruption qui règnent dans le monde, et dont Dieu préservera les siens en les rendant participants de cette sainteté par son Esprit. Garde-les en ton nom : ce nom est l’expression de toutes les perfections que Dieu déploiera en leur faveur pour les préserver du mal. Sa fidélité est engagée à les garder jusqu’à la fin.
Enfin, le but suprême de cette ardente supplication fut que les disciples, tous les disciples de Jésus, furent amenés à cette unité sainte de la vie divine et de l’amour, qui est celle du Père et du Fils. Le péché a divisé les hommes en les séparant de Dieu, leur centre et leur lien ; l’œuvre et la gloire de la rédemption opérée par Jésus-Christ c’est d’élever notre humanité jusqu’à l’unité que le Fils possède avec son Père.
Jésus nous y introduit en nous communiquant l’Esprit d’amour qui l’unit au Père, et c’est dans ce sens profond que la connaissance du Père et du Fils est la vie éternelle. Bengel fit, entre l’unité du Père et du Fils et celle à laquelle nous sommes destinés, cette distinction très juste : « Celle-là est une unité d’essence : celle-ci une unité par la grâce ; ainsi la seconde est semblable, mais non égale à la première ».
